Joos van de Plas houdt zich in haar werk als beeldend kunstenaar bezig met metamorfose, zowel letterlijk als figuurlijk. Als jong meisje raakte ze geïntrigeerd door de handgekleurde 17de-eeuwse gravures van rupsen, poppen en vlinders van Maria Sibylla Merian (1647-1717) die ze zag in de eetkamer van haar oudtante in Mainz. Zo maakte ze onbewust kennis met het onderwerp dat haar steeds meer zou gaan fascineren en allengs hèt onderwerp werd van haar toekomstige werk.
Na een uitgebreide voorbereiding vertrok ze eind 2005 voor een aantal maanden naar Suriname en volgde het spoor van Merian langs de Caramacca kreek naar resten van de plantage “ Vredenburg” waar haar voorgangster van 1699 tot 1701 onderzoek deed. Terug in Europa ontdekte Joos van de Plas toevallig dat Museum Wiesbaden veel materiaal bezit dat afkomstig is van Merian. Intensieve samenwerking met dat museum en onderzoek daar en in tientallen collecties elders in Europa bracht haar werk in een stroomversnelling. Dat leidde onder meer tot een belangrijke solo expositie te Wiesbaden in 2013-2014: Second Life, Metamorphosis Insectorum Surinamensium Revisited, met schilderijen, tekeningen, video’s en installaties. Ook presenteerde ze daar een schitterend boek met collages bestaande uit reproducties van Merian’s niet-ingekleurde prenten en foto’s van de specimen die aan de basis van die prenten stonden.
In haar atelier in Helvoirt bevindt zich een biotoop waar de cyclus van rups tot vlinder zich afspeelt. Daar ontstonden de video “Growing Wings” en de fotoserie “Caterpillar Architects” die in de expositie Wit bij Witteveen # 8 zullen worden getoond.