1994
Joran van Soest streeft er in zijn werk naar de afstand tussen zichzelf en de ander te overbruggen. Onderzoekend tast hij af waar de een eindigt en de ander begint.
Zijn schilderijen zijn als herinneringen die vertrouwd of bevreemdend kunnen zijn. Ze tonen wat hij noemt de “intersubjectieve ruimte”: de tegelijkertijd metafysische en fysieke ruimte tussen individuen.
Die individuen, al of niet expliciet afgebeeld, proberen de kijker en/of de ander met hun eigen verlangens en gedachten te bereiken.